23 juni 1978: Bob Dylan in Nederland

Half negen. Het is stil op het podium. Het publiek scandeert Dylans naam. Een bruin, met velours bekleed rond plateau op wieltjes wordt het podium opgeduwd. De instrumenten staan er op. Om negen uur komt de band op, ze zetten A Hard Rain’s A-Gonna Fall in, maar Bob Dylan is in geen velden of wegen te bekennen. Een paar minuten later komt Bob Dylan op, zonder gitaar, om te beginnen aan een optreden van zo’n tweeënhalf uur. Op het podium staat zijn zwarte Fender Stratocaster met parelmoer ingelegde hals al klaar. Peter van der Hoest weet in Rotterdams Nieuwsblad een dag na het concert dat gevoel dat hoort bij het moment waarop Dylan voor het eerst een Nederlands podium opstapt te verwoorden: “Een vreemd gevoel is dat. Daar staat hij dan, Bob Dylan, de dichter uit Minnesota, maar… Onzin natuurlijk. ’t Is dwaas om te veronderstellen dat er meer gebeuren moet dan dat er gebeurt. En er gebeurt nogal wat. De sfeer prettig voelbaar, de muziek, beter nog, het geluid óók. We zijn met z’n duizenden één krankzinnig grote familie, samen in bad, in De Kuip, kletsnat, gezellig doorweekt. Onzin dus. Méér verlangen is gezeur.”

Is hij goed? Kan hij tegen de torenhoge verwachtingen op die in de dertien jaar wachten in de hoofden van de Dylanliefhebbers zijn ontstaan? Kan hij de onvermijdelijke vergelijking met de Dylan uit de jaren zestig doorstaan?

Zo begint het uitvoerige verslag van Bob Dylans eerste concert in Nederland op 23 juni 1978 - vandaag precies 47 jaar geleden - in mijn boek Bob Dylan in Nederland 1965 - 1984. In dit boek neem ik de lezer mee naar de Kuip op die juni avond in '78. In de 47 jaar sindsdien is er veel geschreven over Bob Dylans eerste concert op Nederlandse bodem, maar nergens zo uitgebreid als in Bob Dylan in Nederland 1965 - 1984. Mocht je geïnteresseerd zijn in Bob Dylan - en dan met name in de ontvangst van zijn muziek in Nederland - dan is Bob Dylan in Nederland 1965 - 1984 echt iets voor jou. 

Bob Dylan in Nederland 1965 - 1984 is tegen de wel heel aantrekkelijke prijs van €14,95 te verkrijgen / bestellen bij de boekhandel, zowel online als in de winkelstraat. Wacht niet te lang, het aantal nog beschikbare exemplaren is beperkt. 



Brieven aan Thomas #6

Thomas,

Ik weet dat ik je geen museumbezoeker bent (of vergis ik me?), maar misschien dat de door jou zeer geliefde Beatles je het museum inkrijgen. 

In museum More is tot eind september Pop Models; vrouwen in de Europese Pop Art te zien, een schitterende tentoonstelling met werken van onder andere Eduardo Paolozzi, Erró, Edgar Naccache en Woody van Amen. Ik weet het, die namen gaan je niet naar Gorssel lokken. Cultuurbarbaar. Maar misschien dat het met deze namen wel lukt: Richard Hamilton, Peter Blake en Jann Haworth, want zoals jij natuurlijk wel weet, is Hamilton verantwoordelijk voor de hoes van het White Album en was het het echtpaar Blake & Haworth dat de hoes van Sgt. Pepper's Lonely Heart's Club Band ontwierp. Van deze drie kunstenaars zijn werken in Gorssel te zien - al is op de werken van Hamilton en Blake geen Beatle te vinden. Echter, voor een van de getoonde werken van Jann Haworth moet het hart van iedere Beatles-liefhebber toch sneller gaan kloppen: het met textiel, een stoel en een paar schoenen gemaakte beeld Old Lady uit 1962-63. Voor deze tentoonstelling werd het geleend uit de collectie van Haworth zelf. Blijkbaar heeft ze het nooit verkocht of willen verkopen. 

Old Lady staat helemaal rechts op de overbekende hoes van Sgt. Pepper. En nu dus in Gorssel, op een kleine verhoging. Geen glas of zo ervoor. Je kunt het van heel dichtbij bekijken, zelfs even aan het beeld ruiken - mocht je de verleiding niet kunnen weerstaan - op zoek naar een restje Beatle-lucht. 

Het aardige is dat het beeld staat voor een wand vullende serie panelen door Jann Haworth en haar dochter (naam is me even ontschoten, sorry) gevuld met portretten van vrouwen. Het is een werk in wording en doet ergens denken aan die hoesfoto van Sgt. Pepper: een samenscholing van bekende koppen. Rechts naast Old Lady staat de hoes van dat Beatles-album waar dat beeld van Haworth op te vinden is: een eerste persing van Sgt. Pepper's Lonely Heart's Club Band, door museum More geleend van de Beatles Fanclub. 

Nu komt de grap: die albumhoes staat - in tegenstelling tot Old Lady - achter glas alsof het kwetsbaarder of kostbaarder is dan het beeld dat er naast staat, dat bijna zestig jaar geleden op diezelfde hoes werd afgebeeld. De kopie is kostbaarder dan het origineel, zo lijkt het. Is iets meer Pop Art?

Er is overigens meer muziek op deze tentoonstelling te vinden. Zo verwijst het beeld Lady Sings The Blues (1965) van Niki de Saint Phalle naar Billie Holiday en bevat Girls With Their Hero (1959) van Peter Blake enkele portretten van Elvis Presley.

Maar bovenal moet je - mocht je om zijn & naar Gorssel gaan (doen!!) - even goed kijken naar het titelloze werk van Teresa Magalhães dat er hangt. In dit werk zijn foto's van drie springende Beatles te vinden: John Lennon, Paul McCartney en George Harrison. Alleen Ringo ontbreekt, net als in het gezin van John Cooper Clarke.

* ~ * ~ *

In zijn puberjaren raakte de Engelse dichter John Cooper Clarke helemaal in de ban van The Beatles, zo schrijft hij in zijn autobiografie I Wanna Be Yours. Het is in de begintijd van de band uit Liverpool dat Cooper Clarke zijn moeder smeekt haar naam te veranderen van Hilda in Ringo, want dan zou het gezin Clarke door het leven kunnen gaan als John (Cooper Clarke), (broertje) Paul, (vader) George en (moeder) Ringo. Tot groot verdriet van de jonge John weigert moeder en dus blijft het John, Paul, George en Hilda.

Het in 2020 verschenen I Wanna Be Yours van John Cooper Clarke is een heerlijk boek. De lezer krijgt niet alleen een goed beeld van het leven van de auteur, maar ook een mooi beeld van Engeland vanaf de jaren 1950. Vooral de jaren zestig en zeventig - de opkomst van punk - weet Clarke beeldend te beschrijven. Niet vaak een autobiografie met zoveel plezier gelezen. John Cooper Clarke is in I Wanna Be Yours grappig, eerlijk en zichzelf niet ontziend. 

Het boek eindigt met deze alinea: 

Anyway, I might as well end the story here; after this it's more of the same and then some -Stateside even - that's the plan, anyway. I'll be coming to a town near you, so catch me while I'm alive. Meanwhile these are some of the facts as I remember them. Any complaints, mail them to last Tuesday when I might have cared.

Thomas, doe zelf een plezier: ga naar Gorssel en lees I Wanna Be Yours van John Cooper Clarke. Maar bovenal:

Pas goed op jezelf,

TW

22 VI 2025

Like A Rolling Stone


 

Vandaag precies zestig jaar geleden – op 16 juni 1965 – nam Bob Dylan in Columbia Recording Studio A te New York misschien wel zijn meest bekende song op. Like A Rolling Stone – want daar heb ik het over – overschreed niet alleen de dan geldende tijdsgrens voor singles, ook muzikaal wist de song een aantal dan geldende normen aan gort te slaan.

In 2004 werd het nummer verkozen tot de beste song ooit door het tijdschrift Rolling Stone, wat maar weer bewijst dat men bij dat Amerikaanse muziekblad al sinds jaar en dag loopt te klootviolen. Want laat ik eerlijk zijn, hoe goed Like A Rolling Stone ook is – en het is goed – het is zeker niet Dylans beste song. Niet eens top 10, als je mij het vraagt. 

Maar wel goed.  Erg goed zelfs. 

Tien jaar geleden mocht ik op de radio uitleggen wat Like A Rolling Stone nou zo goed maakt. Ik heb toen veel gezegd, maar kan het nu niet allemaal meer terughalen. Wat toen in ieder geval ter sprake is gekomen is het door Al Kooper bespeelde orgel dat gedurende de song achter de band aan blijft hobbelen waardoor de song de gehele zes minuten lang verwachtingspatronen van de luisteraar negeert. Dan is er natuurlijk de tekst, het sprookje dat begint met ‘Er was eens…’ om met wat volgt – Miss Lonely,  de Mistery Tramp & Napoleon in Rags - de gebroeders Grimm het nakijken te geven. Tot slot is er die stem, de enige stem die deze woordenbrij tot een samenhangend geheel kan zingen, de stem van Bob Dylan – spugend, vleiend, vernederend & vol venijn. 

Like A Rolling Stone dus, vandaag precies zestig jaar oud. Of jong, is misschien beter aangezien ‘ie nog decennia meekan. Dit gaat niet vervelen. Zelfs na zestig jaar klinkt ‘ie nog fris. Ga er maar aanstaan.


mixtape #4

Met het ontdekken van (voor mij) nieuwe muziek - of opnieuw aanschaffen van wat ooit al eens beluisterd werd - ontstaat een sneeuwbaleffect. Het horen van een album wekt vaak de behoefte om minstens nog drie andere albums - al dan niet van dezelfde artiest - te horen. Om enigszins orde in de ontstane overvloed aan nieuwe muziek te scheppen, grijp ik steeds vaker terug op het fenomeen dat mij in mijn puberjaren hielp greep op de muzikale chaos te krijgen: de mixtape, aanvankelijk op gebrande cd's & sinds de zomer van 2024 steeds vaker op het oude vertrouwde cassettebandje. Door van nieuwe albums één (of meerdere) song(s) aan de tracklist van een mixtape toe te voegen, levert die mixtape niet alleen in een beperkte tijd veel goede muziek op, maar werkt diezelfde mixtape ook als reminder voor de albums die weer eens gehoord moeten worden. In huize Willems maakt iedereen inmiddels mixtapes welke vaak samen beluisterd worden, bijvoorbeeld tijdens het eten. Want wat is er leuker dan de muziek waar je enthousiast over bent te delen met anderen? En op andere momenten de muziek horen waar zoon- of dochterlief, of 'mevrouw Tom' enthousiast over zijn.

Om de cirkel van delen wat groter te maken, plaats ik hier zo nu en dan - al dan niet met een korte toelichting - de tracklist van een mixtape. In verband met copyrights kan ik hier niet de daadwerkelijke muziek delen, maar wie nieuwsgierig is, zal veel van de genoemde songs op bijvoorbeeld YouTube, Bandcamp of Spotify kunnen vinden.

Misschien is dat wel mijn voornaamste doel: lezers nieuwsgierig maken zodat ze gaan luisteren. Want nogmaals: wat is er leuker dan de muziek waar je enthousiast over bent delen?

'Soepkipblues en andere hartverwarmende ellende' (TDK D-C90) [04 IV 2025]

Sinds een tijdje is het cassettebandje helemaal terug met als gevolg dat de prijzen voor zowel voorbespeelde als lege cassettes de pan uit rijzen. De uitweg is simpel: bij een kringloopwinkel heb ik een aantal cassettes waar al eerder wat was opgenomen gekocht voor een habbekrats. Deze cassettes laten zich prima voor hergebruik lenen. Natuurlijk gaat het soms fout, maar niet met deze oude TDK-tape, ooit gebruikt om een college op te nemen. 

De titel is lang - 'Soepkipblues en andere hartverwarmende ellende', de beschrijvingen vandaag kort(-er). Gebrek aan tijd. Ik hoop dat het genoeg is om tot luisteren aan te zetten.

A1 Country Joe & The Fish - Susan van het album Together

Een van de ongeschreven wetten voor mixtapes is dat je met een knaller moet beginnen. Het mooiste van (ongeschreven) wetten is dat ze - wanneer dat zo uitkomt - genegeerd kunnen worden en dus begint deze tape met een rustige binnenkomer. Als tiener / twintiger veel naar jaren '60-bands uit de regio San Francisco geluisterd, zoals Jefferson Airplane en Grateful Dead. Country Joe & The Fish is pas sinds enkele jaren op mijn radar. Verdomd goede band, veel meer dan alleen de van Woodstock bekende Fish Cheer

A2 H.P. Lovecraft - It's About Time van de verzamelaar A Psychedlic Trip To Underground

Na het rustige Susan een stukkie psych waarin wat klassiek-achtige klanken zitten verwerkt. De LSD-ervaring in klank proberen te vangen. Geen idee of dit gelukt is, - nooit LSD gehad -  klinkt wel oké. Het eerste (en tot op heden laatste) dat ik ooit van deze band hoorde.

A3 John Jenkins, Cliff Jordan & Bobby Timmons - Soft Talk Song van het album Jenkins, Jordan & Timmons

Hard bop van de goede soort. Ik kan er van alles over zeggen, maar zinnig is dat niet. Gewoon luisteren.

A4 Leon Russell - She Smiles Like A River van het album Leon Russell And The Shelter People

Een ietwat vergeten song op dit album, eentje met een knauw (en dan doel ik niet alleen op Russells stem). Bij het intro lijkt het ergens richting dans / disco te gaan, wat (uiteraard) niet zo is. Country-oorwurm.

A5 Nina Simone - Everyone's Gone To The Moon van Nina Simone And Piano!

Dit is zo'n song die op de traanbuizen drukt. Het is niet eens wat Simone zingt, maar hoe. Je hoort het kind, de gekte, de verwondering in die stem. Van het briljante album Nina Simone And Piano!

A6 Orchestra Super Borgou de Parakou - Wegne'Nda M'Banda (Bariba Soul) van het album The Bariba Sound (1970 - 1976)

Afrikaans, swingend, drijvend op herhaling. 

A7 Charles Mingus - Fables Of Faubus van Mingus Ah Um

De muziek van Charles Mingus draai ik niet wanneer 'mevrouw Tom' thuis is, zij trekt die muziek slecht (en ergens snap ik dat). Het heeft bij mij lang geduurd voor het kwartje viel en nog steeds is er veel van Mingus waar ik moeite mee heb. Mijn eerste aanraking met zijn muziek was een plaat van dEUS, zij gebruikten een sample van Mingus (album? songtitel? zo één, twee, drie weet ik het niet). Tegendraads & in traditie gedrenkt, misschien is dat een goede omschrijving van veel Mingus-muziek. Fables Of Faubus - een protestsong (zoek de informatie maar op, kijk de documentaires) - wisselt nogal eens van ritme. Voor Mingus-begrippen vrij toegankelijk. 

A8 Velvet Underground - Foggy Notion (original 1969 mix) van het album 1969

Er zijn legio songs van Velvet Underground die prima op een mixtape passen, maar op deze tape moest Foggy Notion en wel als laatste track van de eerste kant. De reden is de eerste track van kant B.

Een song om niet bij stil te blijven zitten. Niet dat het tot dansen uitnodigt, maar meetikken met de voet moet er toch inzitten.

B1 Eggplant - Rolling Stones van het album Monkey Bars

April 2024 (?) kocht ik op de gok de elpee Monkey Bars van Eggplant, sindsdien is de plaat nooit ver van de draaitafel geweest. Het klikt tussen Monkey Bars en mij. Op dit album een heerlijke cover van Vicious van Lou Reed - wat overigens niet de reden is dat kant A eindigt met Foggy Notion en kant B opent met de eerste song van Monkey Bars. De reden is dat het nummer Rolling Stones - een knipoog naar de gelijknamige band & een flirt met rock 'n' roll-roem - op het eerste gehoor lijkt op Foggy Notion van Velvet Underground. Zelfde vibe, zelfde ritme.

PS: ga op zoek naar Monkey Bars van Eggplant & luister! Heerlijk album.

B2 Daniel Lanois - The Collection Of Marie Claire van het album For The Beauty Of Wynona

Knappende snaren, Franse teksten & een sfeer zoals alleen Lanois kan creëren. Als producer heeft hij in ieder geval één Bob Dylan-album verkloot, maar als solomuzikant heeft hij wel aardige dingen gedaan, zoals dit.

B3 Die Anarchistische Abendunterhaltung - II Drieslagstelsel van het album Die Anarchistische Abendunterhaltung

Ik zag ze rond de tijd van het verschijnen van dit album op festival Mundial, vier jonge gasten met cello's, violen en een klarinet, zo uit mijn hoofd. Klassieke instrumenten gecombineerd met een punk-houding. Een van de betere optredens die ik ooit heb gezien. Opzwepend, meeslepend en overtuigend tegendraads. Een muzikale middelvinger die tot meefluiten uitnodigt.

B4 O.J. Abbott - An Old Man He Courted Me van het verzamelalbum Ontario Ballads & Folksongs

Niet meer dan een stem en een verhaal. Een oude man (zo stel ik me voor) die een song vanuit het perspectief zingt van een jonge vrouw. Soms is het goed om al die over het paard getilde rocksterren te vergeten en te luisteren naar de man met stem wiens naam niemand kent, de man die na het zingen van zijn lied weer verdwijnt in het dagelijks leven.

B5 Nigerian Union Rhythm Group - Abeni van het album Highlife On The Move

De bandnaam verraadt het al: Nigeriaans. Na de anarchie van de punks met violen en alledaagsheid van de man met de stem, is er de Nigeriaanse muziek. Muziek met dat extra randje, dat randje dat ontstaat wanneer perfectie niet het doel is, maar verdwijnen in de klanken. Wanneer het doel is het stoppen van de tijd. Het doel is dansen, de heupen losschudden. Ik versta er geen reet van, maar dat maakt niks uit. 

B6 Clarence Edwards, Cornelius Edwards & Butch Cage - In Can't Quit You Baby van het verzamelalbum The Country Blues

In essentie net zoiets als O.J. Abbott, drie kerels die muziek maken. Dat het toevallig is opgenomen, is (voor ons) mooi meegenomen, maar dat was nooit het doel. Het is muziek omdat Edwards, Edwards & Cage niet stil kunnen zijn. Dit heeft niks te maken met het najagen van roem of geld, maar het musiceren omdat er een innerlijke drang is.

B7 Moondog - Caribea van het album Moondog

De blinde straatmuzikant, spelend op zelfgemaakte instrumenten in onmogelijke ritmes, dat is Moondog. Hypnotiserend.

B8 Kamal Keila - Ghali Ghali Ya Jinub van het album Muslims And Christians

Muslims And Christians bevat twee elpees, op de eerste plaat staan vijf songs in het Engels gezongen, op de tweede plaat staan dezelfde vijf songs in het Arabisch gezongen. De reden daarvoor is simpel: daarmee hoopte Kamal Keila zijn boodschap van verzoening tot een zo'n breed mogelijk publiek te laten doordringen. Dat goede bedoelingen ook goed kunnen klinken bewijst Ghali Ghali Ya Jinub.

B9 Tim Buckley - Hallucinations van het album Goodbye And Hello

We zijn terug bij het begin van de tape: een poging de drugservaring in klank te vangen. Schitterende, bezwerende song. Beetje gek, maar op een goede manier.

B10 Tom Waits - Georgia Lee van het album Mule Variations

Een (door mee) enigszins vergeten song van Mule Variations. Er staat ook zoveel moois op dat album. Door het uit de context van dat album te halen, wordt ineens duidelijk hoe goed die song eigenlijk is.

B11 Louisiana Red - Who Dat? van het verzamelalbum Jerk Boom Bam! vol. 5

Oude shit, goede vibe. Bladerend door een tijdschrift stuitte ik op het volgende citaat (weet niet meer van wie): 'Ik wil niet de oude lul zijn die zegt dat vroeger alles beter was... maar dat was het wel.' En zo is het. Tegen mijn zin ben ik die oude lul.

B12 The Clash - I'm So Bored With The U.S.A. van het album The Clash

Dat deze mixtape niet begon met een knaller, wil niet zeggen dat 'ie niet kan eindigen met een knaller. De songtitel op een t-shirt laten drukken?

In haast. Ga luisteren!

kaalslag

'Mevrouw Tom' koopt niet vaak muziek, vandaag was een uitzondering. Een stapeltje cd's, waaronder het album Build Me Up From Bones van Sarah Jarosz. Volgens de verkoper moet dit album onder het kopje bluegrass geschaard worden, maar hoe aardig Build Me Up From Bones ook klinkt, bluegrass is het niet.

Build Me Up From Bones bevat Jarosz' versie van het door Bob Dylan geschreven Simple Twist Of Fate. Het is zo langzamerhand wel algemeen bekend dat ik ben van de Nobody-sings-Dylan-like-Dylan-school. Zonder dat ik dit opschepperig bedoel, durf ik zelfs wel te beweren dat ik het meest fanatieke lid ben van deze club. Vandaag of morgen laat ik dan ook in grote, barokke letters Blijf met je poten van Dylan tussen mijn schouderbladen tatoeëren. 

En toch raad ik je aan even te luisteren naar Jarosz' versie van Simple Twist Of Fate, niet omdat 'ie zo goed is - laat daar geen misverstand over bestaan. De zangeres Jarosz mag niet in de schaduw de zanger Bob Dylan staan. Sterker: tijdens het luisteren moet je die zangeres maar even negeren, zij is niet de reden dat ik je aanraad om te luisteren. Waar je dan wel naar moet luisteren? De spaarzame begeleiding. Wat is het? Alleen een basgitaar? Of vergis ik me, is het een ander snaarinstrument? Wat het ook is, die spaarzame begeleiding trekt de song, de melodie open.[1]

De schoonheid van de kaalslag, zoiets.



[1] Het is een door Nathaniel Smith bespeelde cello. Met dank aan Tjeerd.

Bob Dylans schildert Zoot Sims


 

In de nieuwe Rolling Stone (#1400, juni 2025) staat een paginagrote advertentie voor een nieuwe tentoonstelling van schilderijen van Bob Dylan. Voor die advertentie is een van Dylans schilderijen gebruikt, een portret van een saxofonist. 

Die saxofonist is Zoot Sims, zie de foto hieronder. 

Voor het schilderij heeft Dylan een en ander aangepast, zo is de sigaret - inclusief rook - in de rechterhand van Sims op het doek van Dylan verdwenen en is Sims shirt van wit naar grijs veranderd. Meest opmerkelijke verandering is dat de band om Sims nek - een koord waaraan de saxofoon hangt - op Dylans schilderij is veranderd in een rode zakdoek. Let tot slot nog even op Sims linkerhand waarmee hij zijn saxofoon vasthoudt. Op Dylans schilderij is die hand minder ver over het instrument geschoven dan op de foto.



mixtape #3

Met het ontdekken van (voor mij) nieuwe muziek - of opnieuw aanschaffen van wat ooit al eens beluisterd werd - ontstaat een sneeuwbaleffect. Het horen van een album wekt vaak de behoefte om minstens nog drie andere albums - al dan niet van dezelfde artiest - te horen. Om enigszins orde in de ontstane overvloed aan nieuwe muziek te scheppen, grijp ik steeds vaker terug op het fenomeen dat mij in mijn puberjaren hielp greep op de muzikale chaos te krijgen: de mixtape, aanvankelijk op gebrande cd's & sinds de zomer van 2024 steeds vaker op het oude vertrouwde cassettebandje. Door van nieuwe albums één (of meerdere) song(s) aan de tracklist van een mixtape toe te voegen, levert die mixtape niet alleen in een beperkte tijd veel goede muziek op, maar werkt diezelfde mixtape ook als reminder voor de albums die weer eens gehoord moeten worden. In huize Willems maakt iedereen inmiddels mixtapes welke vaak samen beluisterd worden, bijvoorbeeld tijdens het eten. Want wat is er leuker dan de muziek waar je enthousiast over bent te delen met anderen? En op andere momenten de muziek horen waar zoon- of dochterlief, of 'mevrouw Tom' enthousiast over zijn.
Om de cirkel van delen wat groter te maken, plaats ik hier zo nu en dan - al dan niet met een korte toelichting - de tracklist van een mixtape. In verband met copyrights kan ik hier niet de daadwerkelijke muziek delen, maar wie nieuwsgierig is, zal veel van de genoemde songs op bijvoorbeeld YouTube, Bandcamp of Spotify kunnen vinden.
Misschien is dat wel mijn voornaamste doel: lezers nieuwsgierig maken zodat ze gaan luisteren. Want nogmaals: wat is er leuker dan de muziek waar je enthousiast over bent delen?

'Slow Down Old World' (TDK D60) [31 mei 2025]

De titel 'Slow Down Old World' komt van de laatste (en kortste) track op deze tape. In die titel zit natuurlijk het 'doe maar effe rustig'-gevoel dat (voor mij) bij het beluisteren van veel muziek hoort. Het ratelende denken in de kop even tot stilstand brengen, dat is wat muziek doet.
De tape bevat eigenlijk niks anders dan een serie songs van cd's die toevallig nog in de buurt van de stereo-installatie lagen. Een door toeval ontstane mix van songs dus. Soms werkt toeval.

A1 Fairport Convention - Mr. Lacey van het album What We Did On Our Holidays
Fairport Convention bracht in 1969 drie albums uit: Unhalfbricking, Liege & Lief en What We Did On Our Holidays waar Mr. Lacey op te vinden is. Vraag een gemiddelde muziekliefhebber wat het beste Fairprt Convention-album is, en de kans is groot dat je als antwoord Liege & Lief krijgt. Ikzelf heb net iets meer met voorganger Unhalfbricking, moet ik bekennen, maar beide albums zijn schitterend. Nooit heb ik een muziekliefhebber horen zeggen dat dat derde 1969-album - What We Did On Our Holidays - het beste is van Fairport Convention. Blijkbaar heb ik een zwak voor underdogs en is het dus juist dit erg goede, maar niet beste album van Fairport Convention dat in de buurt van de stereo-installatie is blijven liggen. Mr. Lacey is een vrij kort nummer, ogenschijnlijk een niemendalletje, maar het venijn zit 'm in de herinnering. Een keer Mr. Lacey draaien en het blijft de gehele dag door je hoofd spoken.

A2 John Lee Hooker - Bluebird van het album Free Beer And Chicken
Wie beweert dat alles van John Lee Hooker min of meer hetzelfde klinkt, moet maar eens naar Free Beer And Chicken luisteren. Een onconventioneel, soms erg funky album. Het voor het eerst horen van dat album - nog niet zo lang geleden - was voor mij een schok, moet ik bekennen. Voorlopig ben ik nog niet klaar met Free Beer And Chicken en om mezelf te blijven herinneren dat ik dat album weer eens moet opzetten, staat Bluebird op deze tape. Toegegeven, Bluebird is waarschijnlijk het meest conventionele nummer op Free Beer And Chicken en zeker niet representatief voor dat album. Achteraf gezien een ietwat laffe keuze van mij. Maar wel een heerlijk, voortkabbelend nummer.

A3 Mahmoud Ahmed - Ambassel / Zèmèdié van het album Éthiopiques 6; Mahmoud Ahmed 'Almaz'
Het is opmerkelijk hoe op sommige plekken op de wereld er - vaak gedurende een beperkte periode - ongehoord veel goede muziek gemaakt wordt. Ethiopië in de jaren '60, '70 en '80 is daar een goed voorbeeld van. Op de cd-serie Éthiopiques is veel van deze muziek te horen. Mahmoud Ahmed heeft een schitterende, soms ietwat onzeker klinkende stem. Ik versta niks van wat hij zingt, helaas. Mooi is het wel. 

A4 Paul McCartney - Biker Like An Icon van de gelijknamige cd-single
Paul McCartney is voor mij toch vooral de man van The Beatles. Met de platen met Wings of zijn solowerk heb ik nooit veel gehad. Hitsingles als Band On The Run, Mull Of Kintyre en Ebony And Ivory zijn nooit mijn ding geweest en een belangrijke reden waarom ik nooit echt in het post-Beatles-werk van McCartney ben gedoken. Natuurlijk heb ik wel eens wat meer gehoord van McCartney, zoals het album Tug Of War en de Wings-plaat London Town, maar echt aanslaan deed het niet bij mij. 
In een gesprek over het solowerk van McCartney adviseerde een vriend te luisteren naar zijn eerste album, simpelweg McCartney geheten. Een goed advies. Daarvoor had ik zelf al Chaos And Creaton In The Backyard ontdekt, ook een goede plaat. Wat mij dat vooral leerde, is dat ik McCartney te vlot heb afgeschreven als 'niet voor mij'. 
Een goede plek om nog onbekende muziek te ontdekken met een beperkt budget, is de kringloopwinkel. Daar vond ik de single Biker Like A Icon van Paul McCartney. Alleen de titel zingt al. Goede song, een reminder dat ik meer McCartney moet luisteren en nee, misschien is dan niet alles in mijn straatje, er zal genoeg moois tussen zitten.

A5 Bettie Serveert - All The Other Fish van het verzamelalbum Waaghals 18
Ik had in de jaren '90 een zwak voor Bettie Serveert. Ik ben ze een aantal jaren uit het oog verloren, maar de oude liefde keert terug. All The Other Fish is - voor mij - een recente ontdekking. Ik kocht het aanvankelijk op een singletje (en zette die op een andere mixtape), nu ook op de verzamel-cd uitgebracht ter ere van het meerderjarig worden van platrenzaak Waaghals in 2003. All The Other Fish is een pijnlijk nummer, Betties Blood On The Tracks-zal ik maar zeggen. Maar omdat het zo'n pijn doet, is het - o contradictie - juist weer erg mooi. Gewoon mond dicht en luisteren.

A6 Buffalo Springfield - I Am A Child van Last Time Around
Als puber had ik de dubbelelpee Live Rust van Neil Young. De tweede song op die plaat is I Am A Child, een soloversie. Op Last Time Around een bandversie van dit nummer, een countrydingetje, een oorwurm. Even luchtiger song na All The Other Fish van Bettie Serveert. Prima afsluiter van kant A.

B1 Them - Baby Please Don't Go van The Story Of Them
Van Morrison heeft simpelweg een wereldstem die vooral in zijn Them-jaren en op zijn eerste paar soloplaten goed tot z'n recht kwam. Ook op een aantal John Lee Hooker-platen zijn een opmerkelijk goede Morrison-vocalen te vinden. Wat Baby Please Don't Go naar mijn smaak zo goed maakt, is de combinatie van die stem met het vrij hoge tempo van de song en het orgel in deze opname. Eigenlijk moet je twee keer naar Baby Please Don't Go luisteren, de eerste keer je laten meevoeren door Morrisons stem, de tweede keer door het orgel.

B2 Count Five - Psychotic Reaction van de verzamelaar Nuggets
Een klassieker die na Them de drive nog even vasthoudt van misschien wel het meest bekende verzamelalbum ooit: Nuggets

B3 The Horace Silver Quintet - Silver's Serenade van het gelijknamige album
Blue Mitchell, trompet; Junior Cook, tenorsaxofoon; Horace Silver, piano; Gene Taylor, bas; Roy Brooks, drums. Moet ik nog meer vertellen? Volgens mij niet. Gewoon achterover leunen en over je heen laten spoelen.

B4 Karen Dalton - Something On Your Mind (alt take) van (de heruitgave van) In My Own Time
Er zijn vele zangeressen die - mede door hun unieke stem - een standbeeld verdienen, Karon Dalton is er daar zeker een van. Haar ietwat hese, altijd naar unieke zanglijnen zoekende stem is er eentje om het tegelijkertijd koud en bloedheet van te krijgen. Het kleine oeuvre van deze vrouw is buitencategorieschoonheid. Ongeëvenaard. 
Voor de volledigheid, de top 5 zangeressen die - mede door hun unieke stem - een standbeeld verdienen:
1. Karen Dalton
2. Hedy West
3. Oum Kalthoum
4. Janis Joplin
5. Nina Simone
6. Carol van Dijk (Bettie Serveert)
7. Billy Holiday
8. Texas Gladden
9. Alela Diane
10. Helen Humes
Oké, het zijn er geen vijf geworden, maar het dubbele aantal en als ik eerlijk ben kan ik nog wel even doorgaan. Maar om te beginnen, eerst deze tien maar als luistertip.

B5 Punch Brothers - Rye Whiskey van Antifogmatic
Nog een kringloopvondst, niet dat ik ooit van Punch Brothers had gehoord, maar het hoesje sprak me aan. En als de hoes goed is, wil ik het horen. Folky met een twist, dat is misschien de beste omschrijving van de muziek op dit album.

B6 Beastie Boys - Sabrosa van The In Sound From Way Out!
Ik kan me voorstellen dat mensen die mij kennen (of denken te kennen) niet verwachten dat ik iets van Beastie Boys in huis heb. En ik snap die verwachting. De hit Fight For Your Right is voor mij - mede door de videoclip - puur jeugdsentiment en Sabotage - een andere hit - is een dijk van een song die ik erg hoog heb zitten. Toch heb ik de albums waar Fight For Your Right en Sabotage op staan niet in huis. Wat ik wel heb, is het veel minder bekende album The In Sound From Way Out! Dat dit album niet prijkt op de om de haverklap verschijnende lijsten met beste albums ooit, is een raadsel. The In Sound From Way Out! is simpelweg een briljante plaat. Volledig instrumentaal, erg funky en vooral heerlijk. Topplaat.

B7 The Sonics - Shot Down van het verzamelalbum Wig Out! Freak Out!
Garagerock, enigszins in het verlengde van de songs van Them en Count Five die de tweede kant van deze mixtape openden. Naast dat het gewoon een goed nummer is, is het op deze tape ook een buffer tussen het funky geluid van Beastie Boys en de wonderschone afsluiter.

B8 Willie Nelson - Slow Down Old World van Who'll Buy My Memories? The IRS Tapes
De autobiografie My Life; It's A Long Story van Willie Nelson is een aanrader, want niet alleen is Nelsons leven vol wonderlijke verhalen, ook weet hij deze verhalen - met hulp van David Ritz - smakelijk te vertellen. Wist je bijvoorbeeld dat Nelson de organisator is van het wereldkampioenschap domino (en dat hij dit zo organiseert dat hij zelf iedere keer weer een goede kans op de titel heeft)? Of dat hij na het geconfronteerd worden met een belastingschuld van vele miljoenen een plaat voor de IRS opnam om die schuld af te lossen? Dat laatste bleek een slimme zet te zijn:  Nelson beloofde de IRS een album op te nemen, alle royalties voor die plaat gingen rechtstreeks naar de Amerikaanse belastingdienst, aldus de deal tussen de countryzanger en de geldwolf. Dat die plaat slecht verkocht en de IRS uiteindelijk daardoor slechts een fractie van Nelsons belastingschuld betaald kreeg, maakt het verhaal alleen maar mooier, vooral in de woorden van Nelson in zijn autobiografie.
Nadat ik dat verhaal las in My Life; It's A Long Story wilde ik dat belastingalbum van Willie Nelson horen. Het probleem is dat die plaat slecht verkocht, alleen in Amerika verscheen en dus moeilijk te krijgen is. Maar het geluk wilde dat ik de cd vond, ergens in een bak met tweedehands cd's in een platenzaak niet ver van huis. En wat blijkt? Who'll Buy My Memories? The IRS Tapes bevat 25 korte songs - de een nog mooier dan de andere - allen met niet meer dan een akoestische gitaar en die hemeltergende mooie stem van Willie Nelson. Op de voorzijde van de hoes van Who'll Buy My Memories? The IRS Tapes staat een foto van Willie Nelson, een grote, zwarte hoed op zijn hoofd. Onder zijn openstaande jas een trui waarvan het opschrift nog net te lezen is, er staat: SHIT HAPPENS
En zo is het.
Van de meer dan honderd plaat die Willie Nelson in zijn lange carrière uitbracht, is Who'll Buy My Memories? The IRS Tapes toch wel een van de positieve uitschieters. Koop die plaat, als je de kans krijgt!

Open brief aan Bob Dylan op zijn 84ste verjaardag

 Mister D.,

Terwijl ik dit schrijf luister ik naar wat opnamen van een van je recente concerten. Ik ben onder de indruk van wat ik hoor. All Along The Watchtower heeft in z'n concertversie nog nooit zo goed geklonken en dat terwijl de song toch sinds 1974 op je setlists staat. Misschien is dat het enige antwoord op de vragen van al die zeiksnor-journalisten die zich maar blijven afvragen of een muzikant na z'n dertigste verjaardag nog relevant kan zijn. Laat ze een recente All Along The Watchtower horen, dat zal ze de mond snoeren. 

Het kan ook een andere song zijn van een van je recente concerten, genoeg mogelijkheden: Simple Twist Of Fate, Blind Willie McTell of It Takes A Lot To Laugh, It Takes A Train To Cry. Aan de andere kant: waarom de moeite nemen? Het volk dat al jaren roeptoetert dat het na je dertigste nooit meer wat is geworden, zal het nooit leren. Waarom daar nog energie insteken? Je schreef het zelf al, zo'n 60 jaar geleden, het stuk dat begint met:

stay in line. stay in step. people
are afraid of someone who is not
in step with them.

En - behalve in de titel - slechts één hoofdletter kent, in misschien wel de belangrijkste regels uit dat stuk:

do Not create anything, it will be
misinterpreted, it will not change.
it will follow you the
rest of your life.

Er zijn weinig van je teksten waar ik zo aan hang als aan Advies for Geraldine on Her Miscellaneous Birthday, met name door deze regels. De contradictie in die regels, ze maken de dag rond & aangenaam, iedere keer wanneer ik ze lees of er alleen maar aan denk.

Vierentachtig! Het meest irritante aan zo'n leeftijd bereiken lijkt mij dat iedereen alleen nog maar wil praten over de fysieke ongemakken en het verleden, over de goede en slechte dingen uit je jonge jaren terwijl jij alleen maar die fysieke ongemakken probeert te negeren terwijl je plannen voor de toekomst maakt. He not busy being born is busy dying, ook als je 84 bent, toch? 

Dus wat zijn de plannen? Tot en met september is er natuurlijk de Outlaw-tour met Willie Nelson. Maar daarna? Weer alleen op tournee misschien. Terug naar de opzet van de R&RW-tournee of iets nieuws? Behoren concerten in Europa nog tot de mogelijkheden? Misschien een tournee langs echt kleine zaaltjes? 

De geruchten rond een tweede deel van Chronicles laat ik even voor wat ze zijn, daar ga je toch niks over loslaten. Maar hoe zit het met nieuwe muziek? Geen idee of je nog songs schrijft of niet. Ooit overwogen om een recent concert uit te brengen? Of misschien een compilatie van recente concertopnamen? Afgaande op de opnamen die circuleren van je concerten, is dit een goed idee. Bovendien, is dat niet wat je nu doet: de concertpodia afstruinen, je songs herinterpreteren, nooit stilstaan, maar altijd in ontwikkeling.

Mister D., ga niet stilzitten, wegkwijnen achter de geraniums, het past je niet. Een rusteloze ziel moet z'n lijf in beweging houden om die ziel te kunnen voeden. En wat je volgens het legioen interpreteerders ook allemaal geweest bent in de verschillende fases in je leven, is het enige dat je altijd was, bent en zult zijn een rusteloze ziel, een rusteloze zoeker naar nieuw, naar anders, naar schoonheid & waarheid, naar de schop onder de vette reet van conformisme & lamlendigheid. Wat je bent is de anti-Oblomov. Houd dat vast.

Pas goed op jezelf, gefeliciteerd, maak er een mooie dag van & blijf die rusteloze zoeker.
Doe Willie Nelson de groeten & laat van je horen, make some noise,
groet,

T.


mixtape #2

Met het ontdekken van (voor mij) nieuwe muziek - of opnieuw aanschaffen van wat ooit al eens beluisterd werd - ontstaat een sneeuwbaleffect. Het horen van een album wekt vaak de behoefte om minstens nog drie andere albums - al dan niet van dezelfde artiest - te horen. Om enigszins orde in de ontstane overvloed aan nieuwe muziek te scheppen, grijp ik steeds vaker terug op het fenomeen dat mij in mijn puberjaren hielp greep op de muzikale chaos te krijgen: de mixtape, aanvankelijk op gebrande cd's & sinds de zomer van 2024 steeds vaker op het oude vertrouwde cassettebandje. Door van nieuwe albums één (of meerdere) song(s) aan de tracklist van een mixtape toe te voegen, levert die mixtape niet alleen in een beperkte tijd veel goede muziek op, maar werkt diezelfde mixtape ook als reminder voor de albums die weer eens gehoord moeten worden. In huize Willems maakt iedereen inmiddels mixtapes welke vaak samen beluisterd worden, bijvoorbeeld tijdens het eten. Want wat is er leuker dan de muziek waar je enthousiast over bent te delen met anderen? En op andere momenten de muziek horen waar zoon- of dochterlief, of 'mevrouw Tom' enthousiast over zijn.

Om de cirkel van delen wat groter te maken, plaats ik hier zo nu en dan - al dan niet met een korte toelichting - de tracklist van een mixtape. In verband met copyrights kan ik hier niet de daadwerkelijke muziek delen, maar wie nieuwsgierig is, zal veel van de genoemde songs op bijvoorbeeld YouTube, Bandcamp of Spotify kunnen vinden.

Misschien is dat wel mijn voornaamste doel: lezers nieuwsgierig maken zodat ze gaan luisteren. Want nogmaals: wat is er leuker dan de muziek waar je enthousiast over bent delen?

de tape [geen titel] (TDK SA90) [april 2025]

Geen titel, maar simpelweg 90 minuten muziek van recent gekochte elpees en een enkele singletjes, te beginnen met enkele seconden van een plaat speciaal gekocht met de mixtape in gedachte.

A1 The Shadow 

Ik vond onlangs een elpee met daarop the Shadow-hoorspelen 'Death from the deep' uit 1937 en 'The Devil takes a wife' van negen jaar later. Ik ben niet heel erg geïnteresseerd in hoorspelen, maar met dank aan Bob Dylan en de aankondigingen voor concerten van zijn Rough And Rowdy Ways tournee wel enigszins in The Shadow. Maar de voornaamste reden om deze plaat met hoorspelen te kopen, was de wetenschap dat daar toch iets bruikbaars voor een mixtape op moet staan en dus begint deze tape met - na wat sinistere geluiden - een onheilspellende stem die zegt: 'Who knows what evil lurks in the hearts of men? The Shadow knows...' Het zijn eerste paar seconden van de eerste kant van deze plaat.

A2 Donald Byrd & Gigi Gryce - Speculation van het album Jazz Lab.

Jazz Lab verscheen oorspronkelijk in 1957. Lekkere plaat. Donald Byrds platen uit de jaren vijftig en vroege jaren zestig zijn bijna altijd goed, hetzelfde geldt voor Gigi Gryce. Na de gekkigheid van The Shadow een beetje voet-mee-tikkende-jazz.

A3 Liverpool Scene - Baby, de flipside van de single Son, Son (1968)

In november 2023 kocht ik voor het eerst een plaat van Liverpool Scene, sindsdien vertel ik wie het maar horen wil (en ook wie het niet horen wil) dat Liverpool Scene ge-wel-dig is. Het valt niet mee om de muziek van deze band te omschrijven. Er zijn duidelijk zowel rock- als folk- en jazzinvloeden in hun muziek te horen, maar wat Liverpool Scene vooral uniek maakt zijn de twee dichters die lid zijn van de band: Adrian Henri en Mike Evans. Een deel van de songteksten van deze band is dan ook terug te vinden in  dichtbundels van deze twee heren.

Liverpool Scene bracht slechts een handvol platen en twee singles uit. Deze platen laten zich niet heel makkelijk vinden, maar wie even z'n best doet, kan wel aan de muziek van Liverpool Scene komen. Baby staat op de flipside van de allereerste single van Liverpool Scene. De song is een opstapeling van aan 'baby' gerichte zinnen die beginnen met You make me feel like, zoals:

You make me feel like a drunken nun 

of:

You make me feel like last week's knickers

Het is niet alleen goed, de songs van Liverpool Scene, maar vaak ook nog eens erg geestig. Zie ook hier.

A4 Richie Havens - Here Comes The Sun van het album Alarm Clock (1970)

In huize Willems staat Havens bekend als de zanger-zonder-bovengebit met dank aan de concertfilm Woodstock. Havens was de eerste optredende muzikant tijdens dat legendarische festival. De Beatles-song krijgt van Havens een lange, instrumentale inleiding. Wanneer hij eindelijk gaat zingen, is het alsof de spanning breekt. Deze cover is iets 'vloeibaarder' dan het origineel van The Beatles.

A5 Benny Bailey - Tipsy (1961)

Meer jazz & er volgt nog veel meer op deze tape. Het bevalt mij erg goed om rock en pop op tapes te mixen met jazz en wat vaak wordt aangeduid als wereldmuziek. Een vreemde term, alle muziek is tenslotte wereldmuziek. Niet-Westerse-muziek is misschien een betere term, maar dit terzijde. Benny Bailey dus. Goede, toegankelijke jazz.

A6 Fudgetunnel - Little Red Fire Engine van het verzamelalbum It Came From Jay's Garage 

Op de achterzijde van de hoes van dit album staat dat alles - dus ook Little Red Fire Engine - werd opgenomen tussen 21 augustus en 22 november 1987. Mijn beeld van de muziek uit de jaren '80 is over het algemeen niet zo positief. Natuurlijk zijn er uitzonderingen, zo verschenen er in 1989 drie geweldige albums die iedereen in huis zou moeten hebben, als je het mij vraagt.

Fudgetunnels Little Red Fire Engine is dus van twee jaar eerder en verrassend genoeg heeft het iets grunge-achtigs maar bovenal is het een oorwurm van jewelste. Eén, twee keer dit nummer horen en je blijft het voor je uit mompelen. Goede stem ook, die zanger van Fudgetunnel.

Om het af te maken: de drie noodzakelijke albums uit 1989 zijn Oh Mercy van Bob Dylan, New York van Lou Reed en Doolittle van The Pixies. 

A7 John Lennon - Beautiful Boy (Darling Boy) van Double Fantasy (1980)

Nogmaals een song uit de jaren '80 en dat van een man die zijn beste muziek maakte in de sixties toen hij nog in The Beatles zat (hoewel zijn album Plastic Ono Band er zeker ook mag wezen). Double Fantasy is geen echt goed album, maar Beautiful Boy is wel een goede song, veruit de sterkste van dit album. Ik hoorde Beautiful Boy regelmatig uit de kamer van mijn dochter komen en hoe vaker ik het hoorde, hoe beter ik het ging vinden. Toen ik onlangs de kans kreeg om Double Fantasy te kopen voor een handvol euro's, greep ik gelijk die kans, al is het alleen om Beautiful Boy te draaien. De rest van het album laat ik voorlopig voor wat het is.

A8 Gökçen Kaynatan - Firtina van de gelijknamige single

Volgens discogs valt Firtina onder het kopje rock / surf / experimenteel. Ik zou het vooral een donderslag willen noemen. Dit knalt de boxen uit. Vooral surf. Maar dan de goede variant, niet de slappe Beach Boys-hap. 

A9 Joe Turner - Boogie Woogie Country Girl van het naar hemzelf vernoemde album

De song Boogie Woogie Country Girl leerde ik kennen in de uitvoering van Bob Dylan op het album Till The Night Is Gone: A Tribute To Doc Pomus. Het is een uitermate, aanstekelijke oorwurm, deze Boogie Woogie Country Girl. Rock 'n' roll, zeer geschikt voor de autoradio of huiskamer om mee te fluiten, mompelen of tikken met de vingers.

A10 The Lucky Thompson Quartet - In A Sentimental Mood van het album Lucky Strikes

Verschenen in een tijd - 1965 - dat albumtitel en hoes nog konden verwijzen naar een sigarettenmerk. Op de gok gekocht, dit album en zeer onder de indruk. Jazz. Rustig.

A11 Os Anjos - Avante Juventude van het album Angola Soundtrack 2

Eerste track van een door Analogue Africa uitgebrachte verzamelaar met song uit Angola. Eigenlijk is alles op deze plaat goed. Swingend, met een randje gekkigheid. Instrumentaal. 

A12 Fred McDowell - Highway 61 van het album Blues At Newport / 1964 / Part 1

Ik heb een fascinatie voor de Newport Folk Festivals van met name 1963, 1964 en 1965. Als je die drie festivals naast elkaar legt, zie een ontwikkeling van het onschuldige, van idealisme doorspekte festival van 1963 naar de clash tussen de gevestigde orde (Alan Lomax, Pete Seeger) en de nieuwe generatie (Bob Dylan, Butterfield Blues Band). Er is veel muziek van deze festivals op elpee uitgebracht en wat ik te pakken kan krijgen, koop ik. Niet alles op die Newport-platen is goed, maar er is geen Newport-plaat - en er zijn er best veel - waar niet behoorlijk wat moois op staat, zoals bijvoorbeeld de drie songs die Fred McDowell op het festival van 1964 speelde.

B1 Moondog - I'm Just A Hop Head van het album H'art Songs 

Moondog - pseudoniem van Louis Hardin - is vooral bekend als de Viking van 6th Avenue, de man die muziek speelde op veelal zelfgemaakte instrumenten in vreemde maatsoorten. Prestige bracht in de jaren vijftig een aantal platen van hem uit met deze aangenaam vreemde muziek. Na ruim een decennium stilte bracht platenmaatschappij Columbia in 1969 een eerste van twee platen van Moondog uit met daarop muziek die zich misschien het beste laten omschrijven als modern klassiek.

Ik heb lang gedacht dat dat wel zo'n beetje Moondogs muziek was: straatmuziek op zelfgemaakte instrumenten in vreemde maatsoorten en modern klassiek, maar met de aanschaf van H'art Songs ontdekte ik dat Moondog nog een kant heeft. Opgenomen in 1978, een plaat met pianist Fritz Storfinger. Moondog bespeelt zijn percussie-instrumenten. Poppy songs. Maar wat de echte verrassing is, is dat Moondog op dit album zingt! De blinde man met de grote baard en het lange, wilde haar blijkt een zachte, lieve, ietwat hoge stem te hebben. Na het horen van zijn Prestige- en Columbia-platen is dit een kant van Moondog die ik nooit had kunnen vermoeden. Heerlijk maf en tegelijkertijd pure kitsch. 

B2 Ed Sanders - Jimmy Joe, The Hippybilly Boy van het album Sanders' Truckstop

Meer maffigheid, omdat het zo lekker is om niet normaal te zijn. Dichter, zanger, activist Ed Sanders, lid van The Fugs, man achter het tijdschrift Fuck You / A Magazine For The Arts en schrijver van het in verzen vertelde levensverhaal van Allen Ginsberg bracht in 1969 de elpee Sanders' Truckstop uit, een plaat vol vreemde country. In openingstrack Jimmy Joe, The Hippybilly Boy worden - met countrystem - de hippies door Sanders op de hak genomen, met een knipoog vetter dan gerookte makreel.

B3 John Lee Hooker - Mr. Lucky van het album Urban Blues (1967)

John Lee Hooker heeft zoveel muziek opgenomen, dat hij aan het eind van zijn leven niet meer wist wat hij allemaal heeft uitgebracht. De boogie van John Lee Hooker klinkt voor ongetrainde oren altijd hetzelfde, maar wie de moeite neemt om te duiken in het oeuvre van JLH, komt er nooit meer uit en hoort dat niks ooit hetzelfde is. Ook mooi op dit album is de afsluiter The Motor City Is Burning, geschreven na rellen in Detroit. Die is voor een latere mixtape.

B4 High Treason - Subterannean Homesick Blues van het album High Treason uit 1970

Slechts één plaat maakte de band High Treason met daarop waarschijnlijk een van de meest verrassende covers van een Dylan-song, een jazz-rock versie van Subterannean Homesick Blues. Zie ook hier.

B5 Jimmy Hamilton - Two For One van het album It's About Time uit 1961

Meer jazz. Midtempo, even wat rust na het overweldigende High Treason. Let vooral ook op de pianist. Hamilton deels op klarinet, een instrument waar ik niet veel mee heb, maar hier werkt het.

B6 Davey Jones & The Lower Third - You've Got A Habbit Of Leaving van de verzamelaar The British Psychedelic Trip 1966 - 1969 volume 2

Quizvraag: onder welke naam werd Davey Jones later wereldberoemd? 

Antwoord: David Bowie.

Volgens discogs verscheen de single You've Got A Habbit Of Leaving in 1965 onder de naam Davey Jones, wat 'vloekt' met de titel van het verzamelalbum waar ik deze opname op vond. Dit klinkt totaal niet als de latere David Bowie, dit is typische jaren zestig beat. Leuk nummer, beter dat veel wat Bowie later maakte, naar mijn mening.

B7 Georgette Sayegh & Melhem Burakat - Belghi Kull Mawaidi van de gelijknamige single

Deze single werd eerder dit jaar uitgebracht door het label Souma Records uit België dat zich specialiseert in het heruitgeven van muziek uit Egypte. Dit laat zich misschien het beste omschrijven als Egyptische pop.

B8 Tye-Tongue Hanley - You Got My Nose Wide Open van het verzamelalbum Stompin' vol. 6

Jaren vijftig (gok ik), absurde stem, nog absurdere songtitel, maar heerlijk. Het is onmogelijk om niet mee te tikken.

B9 Sonny Stitt - Sonny's Book van Soul People (1965)

Jazz en orgel gaat - als je het mij vraagt - niet altijd samen, maar hier werkt het. Don Patterson bespeelt het orgel. Verder onder andere met saxofonist Booker Ervin. Rustig nummer van bijna tien minuten. Dat is lang, maar nergens te lang.

B10 Tom Paxton - Jennifer's Rabbit van Morning Again (1968)

Lang niet alles op Paxtons album Morning Again is echt goed, maar het a capella gezongen Jennifer's Rabbit is een positieve uitzondering. Een sprookje, of prentenboek-op-muziek of zoiets. Mooie dingen zijn niet altijd ingewikkeld.

B11 The Desperates - LSD van het verzamelalbum Schnitzelbeat vol. 2

De persoon die de albumtitel voor deze verzamelaar vol jaren-60-muziek uit Oostenrijk heeft bedacht, dient een schop onder z'n hol te krijgen. Ondanks de verschrikkelijke titel is de muziek op deze plaat goed en LSD van The Desperates de positieve uitschieter. Ja, het is een lofzang op de geestverruimende drugs waarvan we inmiddels weten dat die minder onschuldig is als men in de jaren zestig dacht. In de muziek schuilt een poging om in klank te vangen hoe het voelt om LSD te gebruiken. Top-song.

~ * ~ * ~





OPEN BRIEF AAN TOM door John Wolf (en een antwoord)

Beste Tom,


Ik heb je nieuwe weblog eens bekeken en was aangenaam verrast, zoals zo vaak als ik iets nieuws van je lees. 

Ik zal je zeker niet de grootste Bob Dylan-kenner van Nederland noemen, immers waar valt dat aan af te meten? Echter ben je wel de meest invloedrijke Nederlandse schrijver over Dylan. De schrijver die Dylan, en alles wat met hem te maken heeft (gehad), in talloze kamers op onze schermen en oud papier heeft gebracht, met prachtige analyses, verwijzingen en vondsten. Niet alleen die van jou, maar van vele andere Dylan liefhebbers. Het was al die jaren een feest van herkenning, een eigen stukje privacy in deze open samenleving met alle prikkels die we moeten kunnen verwerken, of anders ten onder dreigen te gaan. 

Nee, dit is zeker geen nihilistisch stukje Nietzsche die beschrijft wat de dolle mens toch aan moet na de ‘dood van god’ maar het lijkt er toch wel een beetje op. Dat wil ik graag uitleggen.

Je hebt veel schrijvers die trachten iets origineels (of vaak niet eens) te schrijven, waarna blijkt dat het weer een van de zoveelste imitatie van een imitatie is. ‘Read books and read quotations’. Heel soms zit er een absolute uitschieter tussen. 

Jochen Markhorst is zo een bijvoorbeeld. Deze prachtige schrijver heeft voor zichzelf een heel nieuw format bedacht waarmee hij Dylanteksten analyseert. Op zo’n eigenwijze en originele manier dat ik ervoor pleit hem aan het buitenland uit te leveren als opvolger van oude en zure mannen als Clinton Heylin, Greil Marcus of Michael Gray. Hij steekt er met kop en schouders bovenuit, misschien niet met alle feitjes en torenhoge ego’s, maar wel met een magistrale originele invalshoek. De eigen stijl die Markhorst hanteert om Bob Dylan op zijn manier te beschrijven is zo boeiend dat ik na het uitkomen van zijn meest recente boekje alweer smachtend uitkijk naar de volgende. Vooral de inleidingen waarin je moet gissen wanneer de connectie met het desbetreffende nummer herkenbaar wordt, lijkt een parallelproces te zijn met Dylan zelf, en dan voornamelijk tijdens zijn concerten, waarin ik soms pas weet welk nummer hij speelt als ik al in de auto zit op weg naar huis. Die spanning waarmee Jochen naar het nummer toeschrijft met ook nog eens een interessant verhaal (en voor mij vaak nieuwe informatie waar ik me dan weer in kan verdiepen), is altijd aanwezig, bij elk nummer opnieuw, en dat houdt hij al jaren vol. Hij doet het telkens weer!

Dan heb je Tom Willems en ik moet bekennen dat ik in het begin erg moest wennen aan de stelligheid die je poneert in je boeken en op je vroegere weblogs. Nee, niet als ‘alwetende’ maar wel als iemand waar je van goeden huize moest komen iets te weerleggen als jij het had uitgezocht. Dan sloten vaak de deuren voor verdere suggesties. 

Niet dat je maar weinig openstond voor een stevige discussie of kritiek, maar na jouw onderzoek kon je het onderwerp prima laten rusten. Daartegenover stond altijd die bescheidenheid en het grandioze respect voor de bard waarbij je je soms zo kwetsbaar kon opstellen dat het pijn deed.

Nu was dát voor mij jouw kracht. Je (feiten)kennis, je enthousiasme alles uit te zoeken waar je meer van wilde weten, het ambassadeurschap van de nummers die over het algemeen als ‘minder’ of zelfs ‘slecht’ werden beschouwd door veel fans, maar in werkelijkheid prachtig waren. Denk aan jouw liefde voor het album ‘Shot of Love’. 

Jouw liefde voor Dylan die zo ver ging dat we zelfs een stukje mochten meegenieten met je dagelijkse privéleven in de boeken waarin je een dagboek over Dylan bijhield. Ik was deels ‘getuige’ van het opgroeien van je kinderen en hun groeiende liefde voor Dylan. Tegelijk was ik ook aanwezig als het wat minder goed ging en dat merkte ik in de blog soms heel duidelijk. Daar wil ik hier uit respect voor jou geen aandacht aan besteden. Wel aan het volgende.

Als obsessieve Dylanfan had ik al snel begrepen dat mijn eeuwige adoratie en alle uren die ik in mijn leven aan hem spendeerde, vooral voortkwam uit een vorm van eenrichtingsverkeer. Daar bedoel ik mee, ik kon zoeken, denken, analyseren, genieten, worden getroost, en nog veel meer door de kleine-grote Genius maar hij zou mij nooit kennen, mij nooit uitleg geven over welk aspect van zijn leven dan ook, niet wat betreft zijn privéleven maar veel belangrijker, zeker niet wat betreft zijn leven als kunstenaar en zijn werken. Zijn creatieve keuzes waren en zijn nog steeds ondoorgrondelijk. Het eindresultaat is waar we het mee moeten doen, met misschien een kleine inkijk via de bootlegs die af en toe iets meer licht laat schijnen op het artistieke proces waar Dylan op dat moment in was beland. Ook in de spaarzame serieuze interviews werd niet veel duidelijker, als het aan Dylan lag.

Als ik net gewend was aan een nieuwe periode in zijn creatieve leven, werd dit resoluut afgestoten door de meester en moest ik maar weer wachten op wat komen ging. 

Dat zorgde voor nog iets pijnlijks. Namelijk de tijd waarin Dylan, zeker in het begin, zijn grandioze en sublieme albums maakte, was er een waarin nog zoveel van mijn andere idolen leefden. Meestal op literair en muzikaal vlak. En… Dylan kende al deze grootheden persoonlijk! Er zijn maar weinig mensen die ik vereer, die niet voorkwamen in het leven van Dylan, als voorbijganger, als vriend, mede-artiest of vijand. Het maakte niet uit maar Dylan was voor mij de spil waaromheen mijn hele creatieve leven verbonden was en later misschien wel mijn hele leven. Als hij dus veranderde van stijl of imago, veranderde mijn leven mee. Wat ik wil zeggen, is dat het altijd weer een afscheid betekende. Iets waar Dylan zelf minder moeite mee schijnt te hebben, maar ik vind het lastig. Zeker van waardevolle dingen in mijn leven die bijna op dezelfde hoogte als mijn kinderen staan wat betreft de liefde die ik voor hen voel. Zo dierbaar is het nu eenmaal. Zo dierbaar is Dylan in mijn leven en zo leef ik al bijna 40 jaar met talloze citaten van de man die mij door de meest moeilijke tijden in mijn leven heeft geloosd, en het nooit zal weten. Hij heeft wel eens gezegd dat hij vereerd is dat zijn nummers zoveel hebben gedaan voor zoveel mensen maar ja, daar kan ik niet echt iets mee.

Terug naar jou Tom.

Je bent een aantal keren veranderd van weblog en na jouw laatste boek over ‘Dylan in Nederland 1965-1984’ is ook hier een stilte gevallen.

Je was de meest solide lijn tussen Dylan en mijzelf. Tussen de Beats en mijzelf. Tussen een tijdsgeest die allang vervlogen is en mijzelf. 

Nu is die lijn grotendeels verbroken en dat betekent ook een vorm van afscheid. Vergelijk het met een nieuwe fase in de carrière van Dylan waaraan je even moet wennen maar nog niet eens de kans hebt gekregen de vorige fase af te sluiten. Niet permanent, want er zijn altijd de platen, maar wel in het hoofd van de grote Dylan. Hij gaat verder, altijd. ‘Don’t look back’ was niet zomaar een titel van de befaamde documentaire uit 1965, ja dus 60 jaar geleden en nog steeds actueel.

Dylan staat nooit stil, ook niet als hij niet produceert, of is dat nu een illusie die mijn staande houdt? Soms om artistieke redenen, soms omdat het anders zijn dood zou betekenen (denk aan de periode na de 1966 wereldtour waarin de druk en drugs hem bijna hadden vernietigd) maar hij kijkt altijd vooruit en is wars van nostalgie. Joan Baez zingt daar nog treffend over in haar ‘Diamond and Rust’.

Dat gevoel, en natuurlijk op een andere wijze, maar zeker niet minder indrukwekkend, geef jij mij nu ook. Je hebt Dylan deels van je afgeschud, om welke redenen dan ook. Als dat goed voor je is, ben ik ook nog eens heel blij voor je. Echter, het voelt niet zo. Ik kan mij geen Tom Willems voorstellen zonder zijn dagelijkse portie Dylan en de drang om over hem te schrijven. Dingen uit te zoeken, te ontdekken, enz. Maar het is echt zo: die is er niet meer. Zoals de gouden jaren 1965-1966 in het leven van Dylan er niet meer zijn, alleen nog op plaat, zo ben jij online nog terug te lezen, maar het is de verleden tijd. Je leeft, je gaat verder, maar als ik je nu nog regelmatig wil volgen over Dylan, waarin je voor mij zo belangrijk was, dan ben je daar niet meer. “You’re not there”.

Gelijk aan Dylan: hij was er, nam resoluut afscheid van een tijdsbeeld en ging verder. Alleen de nummers blijven over en gelukkig zijn deze nummers nog ‘eeuwig’ te beluisteren en blijft hij in mijn leven en hopelijk in het leven van nieuwe generaties. Maar dat ene kleine stukje tijd, daar waar het allemaal gebeurde, is voor altijd geschiedenis. Weg.

Dat gevoel heb ik ook als ik je nieuwe blog lees. Ik geniet ervan, zeker. Maar de Tom in de afgelopen 12 jaar zijn voor mij nu ook afgesloten en ik heb alleen de boeken en de weblog om dit terug te halen. Soms wilde ik dat ik net zo onthecht was in dit leven als Bob Dylan.

Mag ik je bedanken voor wat je voor zoveel Dylanfans in Nederland en Vlaanderen hebt gedaan! Je was een kei!

Te veel Dylan is gewoon niet goed voor de mens, hoewel ik heb besloten mijn hele lot eraan op te hangen. Dat zal de Nietzscheaanse inslag zijn, waar zelfs de eenzaamheid die dit oplevert tot waanzin kan en mag leiden, waar zelfs je leven van mag afhangen, maar ik raad het niemand aan. Ik weet zeker dat je de goede (misschien wel licht gedwongen) keus hebt gemaakt.

Blijf schrijven, dan kan ik blijven genieten van je nieuwe blog.

Het ga je goed Tom.


“Somebody’s got to cry some tears

I guess it must be up to me”.


~ * ~ * ~


Beste John,

Dank voor je brief. Wat je schrijft, raakt me. Flink. Voor ik inga op het tweede deel van je brief, even dit: ja, Jochen Markhorst is een uitstekend schrijver vol nieuwe, verrassende inzichten in Dylans oeuvre. Net als jij kijk ik na het uitlezen van zijn meest recente boek al weer uit naar het volgende. De voornaamste reden daarvoor is - zoals je ook schrijft - dat hij origineel, eigen is. Laten we hopen dat hij blijft doorgaan tot hij Dylans gehele oeuvre onder handen heeft genomen.

Dan nu dat tweede deel van je brief, het deel dat me raakt, dat pijnlijk is. Pijnlijk is niet altijd negatief, het kan de opening zijn om zaken op een rijtje te zetten. Het is tijd dat ik zaken op een rijtje zet, voor jou, voor iedereen die over onze schouders meeleest, maar vooral voor mijzelf. Daar gaat 'ie, de korte versie:

Sinds ik Bob Dylan eind jaren tachtig op de radio hoorde, ben ik alleen maar meer en meer naar zijn muziek gaan luisteren. Bij het obsessieve af. Dat heeft ruim vijfentwintig jaar geduurd tot er iets in mijn kop knapte of verstopte. Wat het ook was, er ging iets fout. Door dat foutje in mijn kop was ik niet meer in staat naar muziek te luisteren. Na een maand of twee, drie vol rust en wachten op herstel lukte het me zo’n vijf tot tien minuten per dag te luisteren naar muziek, maar eigenlijk nooit naar Dylan, zijn muziek eiste te veel van mij als luisteraar-met-wankele-oren. 

We zijn inmiddels bijna negen jaar verder en in die negen jaar lukte het me om steeds vaker en steeds langer naar muziek te luisteren. Bob Dylans muziek is nog steeds een uitdaging. Op een goede dag kan ik een album van hem draaien, als ik daarna maar even plat ga. Op een slechte dag hoor ik geen of slechts een paar minuten Dylan. 

Bob Dylan is mijn muzikale god, maar ik luister nog zelden naar zijn werk. Dat zal ook niet meer veranderen. Er is iets kapot in mijn kop en daar is niks aan te doen. Er zijn geen reserveonderdelen beschikbaar.

Dit klinkt misschien zielig, zo heb ik er zelf in ieder geval lang tegenaan gekeken, moet ik eerlijkheidshalve bekennen. Nu niet meer. Met ‘dank’ aan het verlies van het intensief kunnen luisteren naar Dylan gecombineerd met de behoefte aan muziek, ontdek ik de albums en artiesten die jarenlang aan mij voorbij zijn gegaan.

Met dank aan dat knappen of verstoppen in mijn kop - met enkele herhalingen in de jaren daarna - is luisteren naar Dylans muziek voor mij dus moeilijk geworden, maar dat is niks in vergelijking met hoe lastig schrijven is geworden. Dylan & de Beats verscheen zo'n twee jaar na de eerste knap. Ik kan nu wel verklappen dat dat boek voor een groot deel op m'n tandvlees is geschreven. Voor Bob Dylan in Nederland 1965 - 1984 (2021) geldt dat eigenlijk nog meer. Om je een beeld te geven: twee uur aan een boek schrijven, betekent anderhalve dag de tol in mijn kop. Die laatste boeken zijn dus eigenlijk tegen beter weten in geschreven. Ik had het beter niet kunnen doen, maar ik vond dat het geschreven moest worden. Ik heb geen spijt van mijn keuzes, maar ik maak nu andere.

Bob Dylan in Nederland 1965 - 1984 eindigt met de belofte van een vervolg. Het geraamte voor dat boek is voor een groot deel klaar, maar het werken daaraan heb ik een jaar of drie geleden op pauze gezet om het vervolgens niet meer op te pakken. Ik vind nog steeds dat dat boek er moet komen - begrijp me niet verkeerd - en ik vind ook dat ik dat moet schrijven (eigenwijs als ik ben), maar er aan verder werken lukt me niet. Het kost me moeite om te zeggen dat het vervolg op Bob Dylan in Nederland 1965 - 1984 er niet komt en dus zeg ik maar dat het er waarschijnlijk niet komt. Het is voor mij te vroeg om definitief afscheid te nemen van mijn Dylan-plannen.

Ik kan me - net als jij - nauwelijks een Tom Willems voorstellen zonder een dagelijks portie Dylan en toch is dat de realiteit van vandaag. Sinds ik de laatste Dylan-blog heb opgegeven en ik min of meer geaccepteerd heb dat de kans groot is dat ik nooit meer een boek schrijf, gaat het beter met me dan het lange tijd heeft gedaan. Door die knapper of verstopper of wat het dan ook geweest is in mijn kop kan ik niet meer wat ik daarvoor wel kon. Ik heb lang gevochten in een poging weer te kunnen wat ik toen kon. Nog niet zo heel lang geleden is het eindelijk tot mijn botte kop doorgedrongen dat dat een verloren strijd is. Ik ben niet meer wie ik toen was. Dat accepteren heeft rust gebracht. Eindelijk.

Ja, ik mis mijn oude ik. Ja, ik zou niets liever willen dan teruggaan, maar dat zit er simpelweg niet in. Het is wat het is. Ik vecht niet langer. Van het vechten werd ik niet gelukkig.

Groet,

Tom

zoektocht naar de perfecte single #1

Een van de meest gedraaide platen in mijn jonge jaren was een verzamelaar van The Animals, een dubbelelpee in een spuuglelijke hoes. Hoe aantrekkelijk zo'n dubbelelpee op papier ook is, in de praktijk werkte het voor mij niet. Een overdaad aan sterk op elkaar lijkende songs gecombineerd met een rare, niet chronologische volgorde van de songs op die plaat, zorgden er voor dat ik welleswaar veel van The Animals hoorde, maar bijna niks daadwerkelijk echt tot mij doordrong. In een goede Animals-songs zit de complete The Animals, iedere song een wereld op zich. Wat een compilatiealbum niet laat horen, kan een single mij wel geven: twee keer de complete Animals met tussendoor een korte pauze waarin de single moet worden omgedraaid.

De perfecte Animals-single is voor mij niet monsterhit House Of The Rising Sun of de bijna net zo grote hit We Gotta Get Out Of This Place, maar de single Bring It On Home To Me met op de flipside For Miss Caulker uit 1965. Het door Sam Cooke geschreven Bring It On Home To Me begint met een stevige aanslag op de piano van Alan Price waarna zanger Eric Burdon al snel zijn keel openzet. Wat de muziek van The Animals voor mij aantrekkelijk maakt, is die combinatie, die van Eric Burdons stem met het pianospel van Alan Price. Burdon zingt Bring It On Home To Me in een net iets hoger register dan comfortabel voor hem is. Hij moet als het ware op de toppen van zijn tenen (stem) zingen.

Luister naar Bring It On Home To Me hier.

~ * ~ * ~

Ook For Miss Caulker begint - net als Bring It On Home To Me - met het pianospel van Price, maar waar in Bring It On Home To Me Price de toetsen stevig indrukt, een akkoord speelt (zeg ik met mijn gebrek aan kennis van het pianospel), pingelt hij aan het begin van For Miss Caulker de blues in vele, vlug op elkaar volgende noten. Daarnaast heeft Burdons wat geknepen stem uit Bring It On Home To Me in For Miss Caulker aanvankelijk plaats gemaakt voor een lagere stem. De blues-ellende druipt van de klank van Burdons woorden.

Luister naar For Miss Caulker hier.

Twee songs samen op een single, twee zijden van een single waar uit de groeven van beide zijden de weltschmertz de luisteraar tegemoet springt. Maar doordat de blues in beide songs - met name door zanger Eric Burdon en pianist Alan Price - anders is vormgegeven, werkt de combinatie uitstekend.

De single Bring It On Home To Me b/w For Miss Caulker van The Animals is er eentje om op de draaitafel te leggen en keer op keer om te draaien, net zo lang tot er een uur of twee verstreken is waarin niks anders dan deze twee songs is gehoord. Dichter bij perfectie zijn The Animals nooit gekomen.

mixtape #1

Met het ontdekken van (voor mij) nieuwe muziek - of opnieuw aanschaffen van wat ooit al eens beluisterd werd - ontstaat een sneeuwbaleffect. Het horen van een album wekt vaak de behoefte om minstens nog drie andere albums - al dan niet van dezelfde artiest - te horen. Om enigszins orde in de ontstane overvloed aan nieuwe muziek te scheppen, grijp ik steeds vaker terug op het fenomeen dat mij in mijn puberjaren hielp greep op de muzikale chaos te krijgen: de mixtape, aanvankelijk op gebrande cd's & sinds de zomer van 2024 steeds vaker op het oude vertrouwde cassettebandje. Door van nieuwe albums één (of meerdere) song(s) aan de tracklist van een mixtape toe te voegen, levert die mixtape niet alleen in een beperkte tijd veel goede muziek op, maar werkt diezelfde mixtape ook als reminder voor de albums die weer eens gehoord moeten worden. In huize Willems maakt iedereen inmiddels mixtapes welke vaak samen beluisterd worden, bijvoorbeeld tijdens het eten. Want wat is er leuker dan de muziek waar je enthousiast over bent te delen met anderen? En op andere momenten de muziek horen waar zoon- of dochterlief, of 'mevrouw Tom' enthousiast over zijn.
Om de cirkel van delen wat groter te maken, plaats ik hier zo nu en dan - al dan niet met een korte toelichting - de tracklist van een mixtape. In verband met copyrights kan ik hier niet de daadwerkelijke muziek delen, maar wie nieuwsgierig is, zal veel van de genoemde songs op bijvoorbeeld YouTube, Bandcamp of Spotify kunnen vinden.
Misschien is dat wel mijn voornaamste doel: lezers nieuwsgierig maken zodat ze gaan luisteren. Want nogmaals: wat is er leuker dan de muziek waar je enthousiast over bent delen?

'de Trix tape' (Maxwell XL II 90) [9 mei 2025]

De titel 'de Trix Tape' heeft weinig met de muziek te maken, maar met de Boomerangkaart die versneden en gevouwen is om als J-card te kunnen dienen. Op deze Boomerangkaart staat een portret van - toen nog - Koningin Beatrix met op de plek van de ogen gaten zodat de kaart als masker kan dienen. 'Bekijk Koninginnedag door de ogen van de koningin!', aldus de achterzijde van de kaart.

A1 Donovan - The Ballad Of The Crystal Man van het album The Real Donovan
In mijn tienerjaren - grofweg tweede helft jaren '80 - heb ik veel geluisterd naar de vroege platen van Donovan, maar op een gegeven moment bekoelde de liefde wat. De platen verdwenen, Donovan werd vergeten. The Real Donovan - een compilatiealbum uit 1966 voor de Amerikaanse markt - viste ik onlangs uit een uitverkoopbak, een bak met platen van €3,-, vier voor een tientje. Nadat ik drie aardige platen had uitgezocht, nam ik Donovan mee als vierde, uiteindelijk voor een euro dus. De trigger om 'm te kopen was niet zozeer de muziek, maar de hoestekst waarin Donovan tweemaal Bob Dylan noemt. Bij het beluisteren van de plaat kwam de oude liefde voor de vroege muziek van Donovan weer wat terug. Een protestsong met een aardige melodie.

A2 Coleman Hawkins & Clark Terry - Just Squeeze Me (But Don't Tease Me) van het album Back In Bean's Bag
Voor het eerst in 1963 uitgebracht. Dit swingt, maar bovenal klinkt het vreemd. Aangenaam vreemd. Waar blazen de heren op? (Niet de liner notes op de achterzijde van de elpeehoes lezen voor je de song gehoord hebt. Als ik me goed herinner staat in die notes het antwoord.)

A3 Buddy Holly & The Crickets - Not Fade Away van het album The 'Chriping' Crickets
Ik ken schitterende covers van deze oorwurm door bijvoorbeeld Grateful Dead, maar niks gaat boven het origineel van Holly. Als ik Buddy Holly hoor, denk ik aan wat Bob Dylan zei tijdens het in ontvangst nemen van een Grammy voor Time Out Of Mind. Wat had de man nog allemaal gemaakt als hij niet in dat vliegtuigje op die noodlottige dag was gestapt?

A4 Lou Reed - Coney Island Baby van het gelijknamige album. 
Als Lou Reed ter sprake komt heeft men het bijna altijd over de albums Berlin en Transformer, maar hoe goed die albums ook zijn, voor mij is Lou Reed op z'n best op New York en Coney Island Baby. Vooral de voortkabbelende titelsong van die laatste plaat is er eentje om te koesteren. Dit hoorde ik voor het eerst zo'n 35 jaar geleden, het heeft me nooit losgelaten.

A5 The Cox Family - I Am Weary (Let Me Rest) van de soundtrack van O Brother Where Art Thou? 
Bluegrass / country of - veel betere term: old timey music, al is het nog niet eens zo lang geleden opgenomen. Muziek met een oud hart. Muziek die kan wiegen zoals een moeder haar baby wiegt. 

A6 Sorry Bamba - Porry van het verzamelalbum World Psychedelic Classics 3; Love's A Real Thing, The Funky Fuzzy Sounds Of West Africa
Van het wiegen naar het dansen. Ruim acht minuten met een randje psych. Dit verzamelalbum uit 2005 is een echte aanrader. In het verlengde van dit album: het label Analogue Africa brengt - zo ontdek ik meer en meer - verschrikkelijk mooie dingen uit. Alles wat ze doen is op Bandcamp te beluisteren, mocht je nieuwsgierig zijn.

A7 The Werner-Rosengren Swedish Jazz Quartet - Bombastica van het gelijknamige album.
Zweedse jazz uit 1960. Een tijd geleden op de gok gekocht en helemaal verslingerd aan deze plaat, vooral aan de eerste versie van Bombastica (er staan 2 versies op deze plaat). Bij de eerste keer horen van deze song wist ik zeker dit eerder gehoord te hebben, maar waar of wanneer? Ik peins er al maanden over, maar weet het niet (HELP!). In een film gehoord? Op een verzamelalbum? Ik heb werkelijk geen idee.

A8 Junior Wells - Good Morning Little Schoolgirl van Hoodoo Man Blues
Vijf gulden betaalde ik voor deze elpee toen ik 15 jaar was. Het was een gok. Bij eerste beluistering was ik ietwat teleurgesteld, maar ruim 35 jaar later heb ik de plaat nog steeds. Hoe vaker ik 'm hoor, hoe beter ik 'm vind. In 1992 verscheen het album 3 Years, 5 Months And 2 Days In The Life Of Arrested Development en iedereen die het maar wilde horen, kon ik vertellen dat dit album een sample van het album Hoodoo Man Blues bevat, maar ik merkte al snel dat mijn klasgenoten die naar Arrested Development luisterden, nog nooit van Junior Wells hadden gehoord of ook maar enige interesse hadden in deze mondharmonicaspeler. 

A9 Los Walkers - Tima Mis Manos (Y Dime) [Take My Hands And Tell Me] van de 10" Walking Up Con Los Walkers
Poppy beat uit Argentinië. Geestige muziek, een soms noodzakelijke lichte noot.

A10 Willie Nelson - A Song For You (alt. take) van een recente heruitgave van Shotgun Willie
Willie Nelson - inmiddels 92 & nog steeds actief - is natuurlijk een legende. Dat wil niet zeggen dat alles wat hij gedaan heeft goed is. Verre van zelfs, maar het staat voor mij onomstotelijk vast dat de man erg mooie dingen heeft opgenomen. Eigenlijk ben ik pas naar Nelson gaan luisteren toen ik in de krant las dat een van de favoriete albums van popjournalist Jip Golstein Nelsons Red Headed Stranger was. En dat is inderdaad een verschrikkelijk mooi album. Misschien wel zijn beste, op de hielen gezeten door Spirit en Shotgun Willie. Op die laatste zingt Nelson het door Leon Russell geschreven A Song For You. Op het randje tussen kunst en kitsch en daardoor zo verschrikkelijk mooi. Net iets anders en minstens zo mooi is de alternatieve take van deze song op de recente heruitgave van Shotgun Willie. Dit is muziek om je smoel te houden, alleen zitten en luisteren. Van mij mag Willie Nelson 200 worden en in hetzelfde tempo als nu platen blijven opnemen.

B1 Juan Wauters & Carmelle - Wearing Leather, Wearing Fur
Kant 2 van 'de Trix Tape' opent met een ruim 13 minuten durend stuk afkomstig van een éénzijdig elpee met daarop alleen deze track. Het zingen is soms verontwaardigd hard praten, soms tegen het valse aan. Wauters & Carmelle zijn boos, maar overtuigen doen ze mij niet, ik ga hier soms ongemakkelijk van lachen. Nog net geen plaatsvervangende schaamte. En toch... en toch is het ook de moeite van het beluisteren waard. Veruit de vreemdste track op deze tape.

B2 Helen Humes - Baby Won't You Please Come Home van het album Swingin' With Humes uit 1961
Ik heb nog nooit iemand gesproken die van Helen Humes heeft gehoord & ook ik kende haar niet tot ik dit album een paar jaar geleden op de gok kocht. Het eerste exemplaar is inmiddels kapot gedraaid, ik ben met een tweede exemplaar van Swingin' With Humes bezig. Humes is een vergeten jazzzangeres, althans die indruk krijg ik (misschien is ze in andere kringen of in andere delen van de wereld wel bekend, wat weet ik nou?). Humes heeft een dijk van een stem, een krachtige stem. Mede door de kleine bezetting van de uitstekende begeleidingsband met onder andere Wynton Kelly op piano, Teddy Edwards op saxofoon (!) en Joe Gordon op trompet is dit album echt een aanrader.

B3 Keni Okulolo - Talkin' Bass Experience van het gelijknamige album
Funk, psychedelische muziek en Afrobeat in dit lange, uitgesponnen nummer, voor het eerst uitgebracht in 1977. Een hoofdrol voor de basgitaar. Stil blijven zitten is bijna niet mogelijk.

B4 Traffic Sound - Virgin van het gelijknamige album
Psychedelica uit Peru, voor het eerst verschenen in 1970. Eigenlijk maakt het niet uit welke track je van dit album pakt, het is van begin tot eind goed. 

B5 Syd Barrett - Gigilo Aunt van Barrett
Ik heb niet zo veel met de muziek van Pink Floyd maar wel met de soloplaten van Syd Barrett, een van de leden van de vroege Pink Floyd. Muziek uit een andere wereld, zo lijkt het soms. Vreemd, tegendraads, niet geschikt voor ieders oren, maar daarom des te interessanter. Bovendien heeft Barrett gewoon een goede stem.

B6 Tim Buckley - Blue Melody van het album Blue Afternoon
Over een goede stem gesproken... Een vrij folky album van Buckley met veel dromerige melodieën. Eigenlijk is alles op dit album goed, Albumopener Happy Time is een persoonlijke favoriet, maar iets te veel een oorwurm voor een mixtape. Na de gekte van Syd Barrett is er de rust van Tim Buckley (met nog steeds een randje 'anders' in de muziek).

B7 The Stars Of Count Basie's Band - Sidewalks Of New York van de 10"The Stars Of Count Basie's Band uit 1956. 
Ik luister vrij veel naar jazz, maar eigenlijk vrij weinig naar Count Basie. Op de een of andere manier doet zijn muziek mij niet zo veel. Sidewalks Of New York is een uitzondering. Aangename swing, prima afsluiter van een mixtape.

~ * ~ * ~

Ansichtkaarten

Ik heb het eerder opgeschreven & dus in de herhaling: Misschien is het allermooiste van een kringloopwinkel wel dat je vindt wat je niet zoekt. Gisteren was ik in een kringloopwinkel en kocht daar een aantal cassettebandjes. Tevreden met die vondst, hoopte ik dat vandaag in een andere kringloop te herhalen. Maar nergens een cassettebandje te vinden. Bij navraag kreeg ik te horen dat die dingen bij binnenkomst direct de container ingaan, want 'niemand heeft er ooit enige belangstelling voor.' Om de trip richting kringloop niet helemaal voor niks te laten zijn, speurde ik nog wat tussen wat wel werd aangeboden en vond een plastic mandje met enkele honderden ansichtkaarten. 

Tussen de felicitatie- en condoleancekaarten, vond ik enkele ansichten die ik de moeite van de aanschaf waard vond. De eerste is een kaart met op de voorzijde een portret en het gedicht I Wrote The Songs van John Cooper Clarke en op de achterzijde informatie over Poetry Postcard Quaterly of PPQ, een dan nieuw tijdschrift - aldus de kaart - gevuld met poëzie en songteksten. Het eerste nummer van PPQ had - aldus de informatie op de kaart - moeten verschijnen in de winter van 1995, maar is het ook verschenen? Zo 1, 2, 3 vind ik niks online over PPQ.

Het aardige van I Wrote The Songs is dat het vol zit met verhaspelingen van bekende songtitels, zoals He Ain't Heavy en Twist And Shout. Voor de Dylanliefhebbers: in de voorlaatste regel van het gedicht zit een verhaspeling van Leopard-Skin Pill-Box Hat van het album Blonde On Blonde.

Volgens de kaart schreef John Cooper Clarke I Wrote The Songs in 1994. Op YouTube staat een aardig filmpje waarin hij dit gedicht voorleest. Dat doet hij uit de in 2021 verschenen bundel The Luckiest Guy Alive, zie hier.

De bewuste ansichtkaart, voor- en achterzijde:


In augustus 2024 schreef ik hier over beeldend kunstenaar, filmmaker en tijdschriftuitgever Wallace Berman. Berman fascineert me. Twee van de vandaag gekochte ansichtkaarten bevatten werk van kunstenaars uit de cirkel van Berman. 

Twintig jaar geleden verscheen het schitterende boek Semina Culture; Wallace Berman & His Circle. Tien jaar later verscheen een tweede editie van dit boek en het is deze tweede editie die ik een paar jaar geleden kocht en sindsdien om de haverklap opensla.

Zoals de titel al aangeeft, gaat dit boek niet alleen over Berman, maar ook over de kunstenaars met wie hij bevriend was en / of van wie hij werk tentoonstelde en / of publiceerde in zijn tijdschrift Semina. Je moet hierbij denken aan onder andere Ray & Bonnie Bremser, Allen Ginsberg, John Wieners, Bob Kaufman en Bruce Connor. 

De eerste ansichtkaart met werk van een kunstenaar uit Bermans cirkel bevat een foto van Dennis Hopper. Hopper is natuurlijk vooral bekend als acteur. Hij speelde bijvoorbeeld in Rebel Without A Cause en Easy Rider. Maar naast acteur was Hooper ook fotograaf en beeldend kunstenaar. Zo was er in 2000 een tentoonstelling met werken van Dennis Hopper te zien in het Stedelijk Museum in Amsterdam. Daar hing bijvoorbeeld ook de foto van Hopper die voor twee verzamelalbums van The Smiths is gebruikt na doormidden te zijn geknipt.


Veel geld dat Dennis Hopper verdiende met met name zijn acteerwerk gebruikte hij om kunst te kopen en dan vooral kunst van pop art-kunstenaars. Op de vandaag gekochte ansichtkaart staat een door Dennis Hopper gemaakte foto van een hoekje in zijn eigen huis. Op de foto zijn meerdere kunstwerken te zien, zoals een werk van Andy Warhol waarop twee keer de Mona Lisa te zien is.


De tweede kunstenaar uit de cirkel van Walter Berman van wie ik vandaag een ansichtkaart vond, is George Helms. Walter Berman stelde ooit werken van George Helms tentoon en maakte voor die tentoonstelling een zeer geslaagd affiche. Het is een afgedrukt in het eerder genoemde boek Semina Culture (koop dat boek!). 

Eerlijkheidshalve moet ik bekennen dat ik pas bij thuiskomst zag dat de op de ansicht afgebeelde collage uit 1996 van de hand van George Helms is. In de collage zijn onder andere een portret van Duke Ellington en een saxofonist te zien. In het midden staat in zwarte letters Beat Bar. De kaart is dan ook reclame voor deze bar waar - zo leert de achterkant van de ansicht - bezoekers kunnen genieten van poëzie, muziek, goedkope wijn en dure sigaren. Ook hangen er in deze bar werken van George Herms. Tussen 18 juli en 31 augustus (welk jaar?) zijn er - aldus de ansicht - schilderijen van de bekende Beatschrijver William S. Burroughs te zien. 


Tot zover drie van de vandaag gevonden ansichtkaarten. Het eten wordt opgeschept, ik moet voor nu afhaken voor het eten koud is. Tot slot: kijk bij de kringloop verder dan je neus lang is! Het loont vaak de moeite.