Love Me & Pastel Blues

Het door Francesca Perillo geschreven comicbook Love Me; A Romance Story vertelt het verhaal van de liefde tussen robot JoJo en het meisje Gilda. Na een eerste ontmoeting tussen de twee dreigt het direct al fout te gaan, met dank aan de georganiseerde misdaad, maar uiteindelijk komt het allemaal goed en belanden JoJo en Gilda toch in elkaars armen. Het is niet dit liefdesverhaal wat dit schitterende, door Stefano Cardoselli getekende verhaal bijzonder maakt. Waarom ik aan dit boek blijf hangen is de menselijkheid van robot JoJo. JoJo is woonachtig in New York met zijn kat Frida - de vertelster van het verhaal. Voor z'n werk rijdt hij op een taxi. Robots worden in het New York van dit boek gezien als minderwaardig, als uitschot en toch vindt JoJo vreugde in zijn leven. Vreugde in zijn kat Frida, in koffie en in de muziek van Nina Simone. Het is met name dit laatste wat mij aan dit boek bindt. Het is zo voorstelbaar, zo herkenbaar die liefde voor muziek, een liefde die van de tekeningen van Cardoselli spat. 

Nu ik eerder op de avond Love Me; A Romance Story heb gelezen, blijft er maar een ding over deze avond: Nina Simone draaien. En zoals zo vaak pak ik dan maar gelijk naar misschien wel haar beste album en als het dan niet haar beste album is, dan is het in ieder geval het album met dat ene nummer, het nummer waarbij na de eerste klanken 'mevrouw Tom' altijd hetzelfde zegt: 'ik denk dat ik dit toch haar mooiste vind.' Het album is Pastel Blues en het nummer dat mijn lief zo hoog aanslaat is 'Strange Fruit'. 

De basis voor 'Strange Fruit' is het gedicht 'Bitter Fruit' van Lewis Allen dat in 1937 voor het eerst gepubliceerd werd. Met dit gedicht sprak Allen (echte naam Abel Meeropool) zijn afschuw uit over de lynchpartijen waar Afro-Amerikanen te vaak slachtoffer van werden. De tekst werd door de dichter, zijn vrouw en de zangeres Laura Duncan op muziek gezet. In 1939 nam Billie Holiday de song op waarvoor ze van platenmaatschappij moest veranderen. Haar platenmaatschappij Columbia Records verdomde het om 'Strange Fruit' uit te brengen.

Ruim twintig jaar later, in een tijd waarin Afro-Amerikanen nog vochten voor gelijke rechten, nam Nina Simone de song op voor haar album Pastel Blues uit 1965. 'Strange Fruit' is een song die tot stilte maant. Een song die de aandacht vraagt. Een schop in de donder van de luisteraar. Een song met een dusdanig grote impact dat het op papier onmogelijk is om erna nog iets anders te horen. En toch is 'Strange Fruit' niet de laatste song op Pastel Blues. Na 'Strange Fruit' volgt nog 'Sinner Man' - een oude spiritual waarin een man zich van God afkeert. De song waarschuwt niet alleen tegen de zonde, maar is ook een protestlied tegen racisme. Van de ruim tien minuten durende versie van 'Sinner Man' op Pastel Blues slaat de stoom af, voortgestuwd door Simone's pianospel. Het is die voortstuwende werking van 'Sinner Man' waardoor dit werkt na 'Strange Fruit'. Na de gevoelde afschuw tijdens het horen van 'Strange Fruit' volgt met 'Sinner Man' de ontlading. De luisteraar kan al zijn woede, al zijn afschuw kwijtraken in het dwingende ritme van 'Sinner Man'. 

Het absurde feit doet zich voor dat tijdens het lezen van Love Me; A Romance Story ik als lezer mij makkelijker identificeer met de robot JoJo, dan met een van de mensen die in deze comic voorbij komt. Dat is niet zo vreemd wanneer je je realiseert dat robot JoJo door zijn liefde voor koffie, zijn kat Frida en de muziek van Nina Simone en zijn behoefte aan levensgezellin menselijker is dan de mensen van vlees en bloed in Love Me; A Romance Story.

Juist door de robot JoJo het meest menselijke karakter in Love Me te geven, laat schrijfster Francesca Perillo de lezer nadenken over de eigen menselijkheid.

En luisteren naar Nina Simone natuurlijk. Iets wat je nooit genoeg kunt doen. 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten